Een veel voorkomende vraag van vooral kanariefokkers is wat men binnen het kanariejargon eigenlijk bedoelt met ‘reductiefactoren’?
Het antwoord hierop is eigenlijk eenvoudig: het gaat hier over mutanten die allelen van elkaar zijn.
De oorsprong van deze term moeten we gaan zoeken in het verleden. Toen de eerste multiple allelen bij kanaries tevoorschijn kwamen kon de doorsnee liefhebber hier geen afdoende verklaring voor geven. Waar combinaties van twee verschillende mutanten normaal een wildvorm fenotype opleveren, kreeg men hier bij de combinatie van deze allelen een tussenkleur. Met andere woorden, de ene mutant reduceerde de kleur van de andere mutant, en dat was de reden dat men deze toen ‘eerste reductiefactor, tweede reductiefactor’ enz noemde.
TOEN een begrijpelijke benadering, maar helaas worden deze verouderde termen vandaag de dag nog steeds gebruikt en dat dit voor verwarring zorgt hoeft niet gezegd.
